Chef-dirigent Concertgebouworkest in de fout?
Daniele Gatti, chef-dirigent van het Koninklijk Concertgebouworkest in Amsterdam, wordt in de Amerikaanse krant The Washington Post beschuldigd van aanranding. Hier zie je het weer: er worden enige akelige spoken diep uit de kast opgedolven bij iemand met een hoge positie. Toevallig deze keer iemand uit de muziekwereld. Voor zijn periode in Amsterdam zou hij twee vrouwelijke muzikanten ongewenst betast en gezoend hebben.
Dat zou in 1996 en in 2000 gebeurd zijn. Laten we deze medelingen die wellicht op goede gronden berusten eens op de keper beschouwen. In 1996 zou Gatti de Amerikaanse sopraan Alicia Berneche in Chigaco een extra oefensessie hebben aangeboden, waarna hij haar betast zou hebben en haar zoende. Dit gebeurde 22 jaar geleden en zij achtte de tijd rijp om dit nu aan een journalist van de Washington Post te verhalen. Zij reageerde op deze gebeurtenis alsnog als door een wesp gestoken.
Vooral toen bleek dat de temperamentvolle dirigent 18 jaar geleden de Duitse sopraan Jeanne-Michèle Charbonnet in 2000 in Bologna iets te voortvarend en verliefd trachtte te benaderen. ,,Ik duwde hem weg en ben de kamer uitgerend," verklaarde de sopraan daarover. Ze stelde eveneens vast nooit meer daarna ingehuurd te worden door het bedrijf waarmee ze op dat moment werkte.
Zulke situaties komen voor bij mensen die in de spotlights staan of daar graag in willen verkeren. Maar niet alleen daar want ook op kantoren en bij bedrijven zijn er hoger geplaatsten die denken dat ze recht hebben op lichamelijke gunsten van ondergeschikten. Soms veronderstellen ze ook dat hun ondergeschikte op diezelfde manier daarover denkt maar dat is natuurlijk lang niet altijd zo. In feite hebben zij onvoldoende zelfkritiek om de situatie juist in te schatten.
Elke vrouw maakt zulke situaties wel eens mee. Dat is niets bijzonders. Vaak wordt de lichamelijke gunst gekoppeld aan een mogelijke betere carriërekans. Zo'n bevordering zou feitelijk op kundigheid moeten berusten en niet op "tot welk netwerk je behoort." De praktijk wijst echter uit dat situaties zich op een informele basis zo vormen.
Iedere vrouw of ondergeschikte kan echter "de kleedkamer uitlopen"en meestal gebeurt dat ook. Stel je voor dat je zoiets 20 jaar geleden overkwam. Ofwel je handelde ongeoorloofd of je werd zelf ongeoorloofd behandeld. Dan heb je dat doorgaans in de loop van de tijd weliswaar betreurd maar ook een plek gegeven. Anders zou het een obstakel zijn voor je verdere ontplooiing.
Wat kan je het beste doen? Je zou jezelf of die ander die domme grensoverschrijding en brutale handelingen kunnen vergeven. Als het een incident was dan kun je het achter je laten. Maar als deze pogingen regelmatig plaats vinden dan is het zeker foute business. Dan komen we op een heel ander terrein waarbij we niet meer spreken over een vergrijp maar over een min of meer ziekelijk patroon.
Als je echter na een jaar of 20 nog op een enkel incident met veel dramatiek terugkomt komt dat niet goed over. Het is dan alsof je vindt dat je over een soort van onnatuurlijke volmaaktheid zou moeten beschikken. Er zijn gebeurtenissen die we nu eenmaal meemaken of waarmee we leren om te gaan.
En kranten die menen zo al roerend in de modder van een lang vergeten verleden van mensen hun carrieres proberen te verknallen omdat zij de juiste moraal wel vertegenwoordigen zijn heel merkwaardig bezig. Er niet over berichten is misschien anti-journalistiek maar er wel over berichten vraagt om enige vermogen tot relativeren. In een reactie in The Washington Post zegt de dirigent Daniele Gatti verbaasd te zijn door de beschuldigingen. ,,Altijd als ik iemand benaderde, deed ik dat in de volledige overtuiging dat de interesse wederzijds was. De genoemde voorvallen vonden lang geleden plaats, maar als ik iemand heb gekwetst, bied ik mijn excuses aan."
Vaak wordt dat geïnterpreteerd als : "Wat al te makkelijk ... " Maar hoe zou hij anders moeten of kunnen reageren? Het leven was toen anders dan nu. De enigen die wel varen bij zulke "onthullingen" zijn de media. Vooral in komkommertijd.