Onze 2 favorieten voor de Geschiedenisprijs
Je mag een jury niet beïnvloeden maar wij mogen wel onze mening kenbaar maken. Dit zijn onze 2 favorieten voor de geschiedenisprijs. Ten eerste Bart van der Boom. Hij schreef: ‘Wij weten niets van hun lot’. Gewone Nederlanders en de HolocaustWisten gewone Nederland in '40-'45 van de Holocaust? Het is een van de grote en meer verontrustende vragen van de Nederlandse geschiedenis.
De vraag is eerder gesteld en eerder beantwoord. De grote drie geschiedschrijvers van de jodenvervolging, Abel Herzberg, Jacques Presser en Loe de Jong, meenden dat men het niet had geweten; de beschikbare informatie was fragmentarisch en inconsistent, de misdaad was onvoorstelbaar. Een nieuwe generatie historici trok dat in twijfel en stelde vast dat de BBC, Radio Oranje, de illegale pers en oorlogsdagboeken met enige regelmaat spraken van 'uitroeiing' en 'vernietiging' van de joden.
Wie wilde, kon het weten, opperden zij - maar men wílde niet weten, want men wilde niet handelen. Uit angst, onverschilligheid en antisemitisme keek men liever de andere kant op. Het lot van de joden was ongewenste kennis, zo luidt de nieuwe consensus.
In 'Wij weten niets van hun lot' wordt teruggekeerd naar dit gevoelige onderwerp en wordt aan de hand van 170 dagboeken van zeer uiteenlopende Nederlanders geconstrueerd en geanalyseerd wat men destijds hoorde, dacht en wist.
Over de auteur: Dr. Bart van der Boom (1964) doceert moderne Nederlandse geschiedenis aan de Universiteit Leiden.
ISBN/EAN: 9789461054777
Uitgever: Boom
Onze tweede favoriet is Peter Raedts met De ontdekking van de Middeleeuwen. Geschiedenis van een illusie... Tot aan het einde van de achttiende eeuw werden de Middeleeuwen afgedaan als een duister, barbaars tijdperk tussen de klassieke Oudheid en de Verlichting. Petrarca vond het een diepe afgrond. Erasmus verafschuwde de steriele geleerdheid van de Middeleeuwen.
Voltaire haatte de middeleeuwse kerk, die het leven van mensen vergiftigde. En Adam Smith betreurde de macht van de gilden, die een vrije markt van vraag en aanbod in de weg stonden.
Rond 1800 veranderde dat ineens. De Middeleeuwen waren nu een voorbeeld van authentieke menselijkheid, onderlinge verbondenheid en wederzijdse verantwoordelijkheid in hechte volksgemeenschappen.
De Duitse dichter Novalis sprak van ‘schone schitterende tijden, toen Europa één christelijk land was’, Walter Scott verheerlijkte in Ivanhoe de belangeloze trouw van de ridder, Karl Marx en William Morris zagen in de middeleeuwse gilden een voorafspiegeling van de solidariteit van de arbeidende klasse.
Peter Raedts laat zien hoe deze radicale breuk samenhangt met de opkomst van de moderne nationale staat en met de overgang van een agrarische naar een geïndustrialiseerde samenleving. Deze ingrijpende veranderingen haalden de bestaande sociale structuren overhoop en om de veelal kwalijke gevolgen daarvan het hoofd te bieden keken schrijvers, dichters, filosofen en politici naar idealen van nationale tradities en volksgeest – en die vonden ze in de Middeleeuwen.
Over de auteur: Peter Raedts (1948) is hoogleraar middeleeuwse geschiedenis aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Hij is gefascineerd door de vraag hoe mensen omgaan met hun verleden, wat zij eruit halen en gebruiken, wat zij laten liggen en vergeten, en waarom zij dat doen.
ISBN/EAN: 9789028424142
Uitgever: Wereldbibliotheek