🔸 Het Robotje en het Konijn 🔸
VRIENDEN OP DEZELFDE PLANK ...
Een zacht konijn en een harde logica. Tegenpolen met een draad ertussen.
Het robotje was gebouwd voor duidelijke antwoorden. Vier knoppen, twee lampjes en een piep die precies aangaf wanneer hij iets begreep. Het konijn had niets van dat alles. Geen knoppen, geen lampjes, alleen een zacht buikje en een gezicht dat nooit helemaal wist wat het vond.
🔸 Ze zaten al jaren samen op dezelfde plank.
Het robotje dacht in lijnen.
Het konijn in rondjes.
Het robotje hield van plannen.
Het konijn van beginnen.
Het robotje wilde weten waarom.
Het konijn vroeg: waarom niet?
Soms maakten ze elkaar moe.
Het konijn wilde over bloemen praten; de robot wilde weten welke soort en uit welk klimaat.
De robot wilde stilte; het konijn had altijd een gedachte die nergens heen moest.
Tóch was er iets.
Wanneer er een nieuwe knuffel binnenkwam — zo’n gladde, moderne met batterij — ging het robotje altijd een millimeter dichter bij het konijn zitten. En als het konijn dagenlang in zichzelf gekeerd was, schoof het robotje heel zachtjes met zijn rechte armpjes een centimeter dichterbij.
Niet omdat ze op elkaar leken.
Maar omdat ze nergens anders pasten zoals ze bij elkaar pasten.
Die gedachte, dat tegenpolen elkaar kunnen dragen, werd ooit prachtig verwoord door de Zweedse schrijver Fredrik Backman. Zijn woorden fluisteren, en hoeven geen fanfare: de beste vriendschappen ontstaan niet doordat mensen hetzelfde zijn, maar doordat ze elkaar anders laten zijn — zonder dat het pijn doet.
Net zoals de twee figuren op de foto die ons werd toegestuurd. Van een zacht konijn en een bedachtzaam robotje uit de wereld van handgemaakte textielknuffels. Ze bewegen niet, ze spreken niet, maar ze zijn er. En juist daardoor raken ze ons.
Misschien zijn de beste vrienden niet zij die op ons lijken, maar zij die ons laten voelen dat we met onze eigen gekkigheid precies op de juiste plank beland zijn.









