Hongarije beschuldigt VS van verraad
WORTHY NIEUWS/DE COUTUREKRANT - 23 october 2024 -BOEDAPEST — De rechtse regering van Hongarije beschuldigde de Verenigde Staten er dinsdag van de natie opnieuw in de steek te laten, zoals ze dat deden tijdens de revolutie van 1956 tegen de Sovjet-overheersing en het communisme.
"De revolutie was mislukt omdat de VS de Hongaren "in de steek had gelaten", zei Gergely Gulyás, het hoofd van het bureau van de premier, tijdens een herdenking.
"Het verraad van weleer door het Westen wordt weerspiegeld in ons dagelijks leven. Degenen die toen niet gestoord werden door de gevangenschap van de Hongaren, storen zich nu aan hun vrijheid. Degenen die niet onder de indruk waren van het feit dat Hongarije gedwongen werd tot Sovjet-afhankelijkheid, storen zich nu aan de onafhankelijkheid ervan...", voegde hij toe.
Zijn opmerkingen kwamen te midden van toenemende spanningen tussen de regering van de Amerikaanse president Joe Biden en de regering van premier Viktor Orbán, die kritiek kreeg vanwege zijn vermeende autocratische stijl en corruptie. Orbán, die ontkent dat hij iets verkeerd heeft gedaan, maar weigert vragen te beantwoorden over controversiële aanbestedingen waarbij vrienden en familieleden betrokken zijn, steunt voormalig president Donald J. Trump in zijn race naar het Witte Huis.
"Degenen die de afgelopen 80 jaar niets voor vrijheid hebben hoeven doen, trekken nu de democratische toewijding in twijfel van degenen die de vlag van vrijheid tijdens een dictatuur hijsen", benadrukte Gulyás.
Hij vertelde een menigte bij de Technische en Economische Universiteit van Boedapest dat jongere generaties zich ervan bewust moeten zijn dat "onze vrijheid vandaag de dag is geboren uit de revolutie van 1955."
Tijdens de vrijheidsmars van 1956 van diezelfde universiteit naar het Bem-plein bij de Margaretbrug "werd de angst van bijna een decennium weggenomen", zei Gulyás. De gebeurtenissen "veranderden de loop van de geschiedenis en brachten een natie die gefragmenteerd was door de dictaturen van de 20e eeuw weer bij elkaar", merkte hij op.
Kort daarna liepen enkele duizenden Hongaren, velen met fakkels, ter nagedachtenis aan de vrijheidsstrijders, naar het Bem-plein, waar de Hongaarse parlementsvoorzitter de vermeende inmenging van de Europese Unie in de Hongaarse aangelegenheden veroordeelde. László Kövér zei: "Hongarije, dat bedoeld was als een pion die omvergeworpen moest worden in het schaakspel van de oostelijke en westelijke mogendheden, kwam in opstand en werd, al was het maar voor een korte tijd, weer een bastion van een vrij en christelijk Europa", zei hij. Vandaar: dat de opoffering van die dertien dagen [van 1956] ook de generaties van vandaag verplicht.”
De revolutie van 1956 begon op 23 oktober, met een paar honderd universiteitsstudenten die protesteerden tegen de Sovjetrepressie. Het groeide uit tot 200.000 demonstranten op straat, met mensen in het hele land die in opstand kwamen.
Ze eisten een einde aan de éénpartijstaat en deden een beroep op persvrijheid en democratie. Maar binnen twee weken — rolden 100.000 Russische soldaten en duizenden tanks mee, en verwoestten de democratische hoop voor nog eens 35 jaar. Hongarije werd gedwongen een satellietstaat te blijven van de toenmalige door Moskou geleide Sovjet-Unie totdat het communisme in 1989 werd omver geworpen, waarna de staat begin jaren negentig instortte.
Kövér noemde de Hongaarse revolutie van 1956 “een boodschap aan de bureaucraten in Brussel” dat Hongarije zijn soevereiniteit niet zou opgeven over kwesties variërend van het verzet tegen de oorlog in Oekraïne tot traditionele familie waarden. “De jongeren van vandaag kunnen zeggen ‘oorlog is geen vrede.’ Ze kunnen zeggen dat “de vader mannelijk is en de moeder vrouwelijk.’ Ze kunnen zeggen dat Hongarije van de Hongaren is en Europa van de Europeanen. En ze kunnen ook zeggen: ‘God, zegen de Hongaren!’” zei hij.
"Als de leidende bureaucraten van vandaag in Brussel deze boodschap niet kunnen begrijpen, zullen ze binnenkort te maken krijgen met honderden miljoenen bedrogen Europese burgers die de Europese Unie naar haar graf zullen dragen," betoogde hij. Elders in Boedapest zei Orbáns voornaamste politieke tegenstander, Péter Magyar, dat het “symbolisch is dat de regering die zichzelf nationaal noemt de vlam van de revolutie heeft verlaten.”
Hij sprak terwijl hij bij het monument Vlam van de Revolutie op het Nagy Imre-plein stond, vernoemd naar de premier die de revolutie leidde en later werd geëxecuteerd door de door de Sovjet-Unie gesteunde communisten. Om 19:56 lokale tijd stak Magyar de vlam aan bij het monument voorafgaand aan het massale protest van zijn Tisza-partij op woensdag. Opiniepeilingen suggereren dat hij de grootste uitdaging is voor Orbán, die Hongarije sinds 2010 regeert.
Magyar beweert dat Orbán Hongarije heeft veranderd in "één van de armste en meest corrupte landen van Europa", met ongeveer 3 miljoen mensen die onder de armoedegrens leven.
Orbán zegt dat zijn regering de economie verbetert na decennia van communistisch en socialistisch wanbeheer.